|ix|
Literatuur-overzicht — xi
Inleiding — 1
Hoofdstuk I.
Geschiedenis.
§ 1. De Perzen — 5
§ 2. De Grieken — 7
§ 3. De Romeinen — 8
§ 4. Het Germaansche Recht — 17
§ 5. De Christelijke Kerk — 20
§ 6. De Voortgang der Middeleeuwen — 22
§ 7. De Receptie van het Romeinsche Recht — 30
§ 8. De Eeuw der Reformatie — 33
§ 9. Na den Vrede van Munster — 35
§ 10. De Nadering en Uitbarsting van de Fransche Revolutie —
38
§ 11. Bentham — 47
§ 12. Kant — 55
§ 13. De negentiende Eeuw — 58
§ 14. Het Heden — 62
Hoofdstuk II.
Begrip.
§ 1. Etymologie on Spraakgebruik — 70
§ 2. De theologische Grondslag — 74
§ 3. Gratie in de Theologie — 77
|x|
§ 4. Geeft de Heilige Schrift ons rechtstreeksche aanwijzingen
voor het begrip van Gratie op het gebied der Rechtswetenschap? —
83
§ 5. De Overheid en het Strafrecht — 92
§ 6. De Rechtsgronden voor het verleenen van Gratie — 99
§ 7. Nog een derde Rechtsgrond? — 121
§ 8. De omschrijving van het Begrip — 137
§ 9. Alleen op strafrechtelijk Gebied — 153
Stellingen — 163