Kerkorde GKv (1978)

• 1. Doel en inhoud van de kerkorde
• 83. Geen heerschappij
• 84. Naleving en wijziging van de kerkorde
• I. De ambten
  • 2. Drie ambten
  • 3. Noodzaak van wettige roeping
  • 4. Verbinding aan een bepaalde kerk
  • 5. Roeping tot de dienst des Woords
  • 6. Beroep naar een andere kerk
  • 7. Akten van ontslag bij aanneming van beroep
  • 8. Toelating zonder theologische opleiding
  • 9. Toelating van voorgangers die sinds kort lid van een der kerken zijn
  • 10. Voorgaan in een andere kerk
  • 11. Onderhoud van de predikanten
  • 12. Benoeming voor een bijzondere taak
  • 13. Emeritering
  • 14. Ontslag van verbintenis aan de gemeente
  • 15. Ontheffing uit het ambt
  • 16. Taak van de predikanten
  • 17. Billijke taakverdeling
  • 18. Opleiding tot de dienst des Woords
  • 19. Zorg voor studenten in de theologie
  • 20. Roeping van ouderlingen en diakenen
  • 21. Taak van de ouderlingen
  • 22. Taak van de diakenen
  • 23. Aftreding van ouderlingen en diakenen
  • 24. Orde bij het vervullen van de zendingsroeping
  • 25. Taak van missionaire predikanten
  • 26. Kerkeraad en evangelisatie
  • 27. Ambtsdragers en overheid
• II. De vergaderingen
• III. Het opzicht over de leer en de eredienst
• IV. De tucht

COMMENTAAR

Bouma, H. (1988) HII