Het Kerkelijk Bestuur over al de Gemeenten te zamen.
De Algemeene Synodale Commissie.
Aan deze commissie is opgedragen:
1º. het uitvoeren van alles wat de Synode haar heeft in last
gegeven;
2º. het toezigt op de nakoming van alle kerkelijke reglementen en
synodale besluiten;
3º. de behandeling en beslissing in vorderingen tot cassatie van
in appel gedane uitspraken, overeenkomstig art. 15;
4º. het toezigt op de administratie der algemeene kerkelijke
fondsen, met magt, om, waar de zaak bij uitstel lijden zou,
daaromtrent te doen hetgeen der Synode is;
5º. het houden van zoodanig algemeen toezigt op de administratie
van kerkelijke goederen, als haar bij een reglement zal worden
opgedragen;
6º. de behandeling van spoedvorderende zaken, welke tot de
bevoegdheid der Synode behooren;
7º. De correspondentie, omtrent alle voorkomende zaken, met
collegiën van kerkelijk bestuur en beheer, met de Godgeleerde
faculteiten en met de Hooge Regering.