|7|

Inhoud

 

Inleiding — 15
Aanleiding en motivatie
Vraag- en doelstelling
Methode en opzet van onderzoek

 

I. Schetsen van kerkstructuren in voorafgaande kerkorden en ontwerpen — 21

1.1. Schets van de wording van het Nederlandse gereformeerde kerkrecht — 22

1.1.1. Calvijn en de kerkelijke regelingen van Wezel (1568) en Emden (1571) — 22
Christocratie, Wezel (1568) en Emden (1571), Anti-hiërarchisch beginsel, De Dordtse Kerkorde (1619), Overheidsbemoeienis
1.1.2. Structuur van de kerk onder de Dordtse Kerkorde (1619) — 25
Vier ambten, Vier kerkelijke vergaderingen, Deputaten, Opzicht, Kerkelijke discipline

1.2. Het Algemeen Reglement (1816) — 28

1.2.1. Invoering en doel — 28
Eenheid, Het bestuur, belangen en de leer
1.2.2. Structuur van de kerk onder het Algemeen Reglement van 1816 — 31
1.2.3. Reacties in de kerk — 32
Berusting en bezwaar, Reactie van het departement, Kerkvorm en belijdenis
1.2.4. Honderd jarige strijd voor de reorganisatie — 35
De overheid trekt zich terug uit kerkelijke zaken (1843), Herziening van het Algemeen Reglement (1852), Het kerkbegrip van Kuyper en de Doleantie, Hoedemaker

1.3. De reorganisatiestrijd van 1927-1939 — 41

1.3.1. Ontwerp-1929 — 41
Christus-belijdende volkskerk, Kerkstructuur in Ontwerp-1929, Reacties op Ontwerp-1929
1.3.2. Oprichting van Kerkherstel en Kerkopbouw — 47
Oprichting van Kerkherstel (1930), Oprichting van Kerkopbouw (1931), Waarheid en organisatie, Verschil in kerkbegrip, Eenheid en verscheidenheid

|8|

1.3.3. Reorganisatie-ontwerp van Kerkopbouw-1933 — 51
Breken met het Reglement van 1816, Presbyteriale kerkorde, Oecumene, Geen Dordtse Kerkorde, maar een apostolaire uitbouw; Uitwerking in Ontwerp-1933, Kerkelijke ambten, Kerkelijke vergaderingen, Huisgemeenten, Kerkvisitatie en de moderator, Kerkelijk opzicht en tucht
1.3.4. Reacties, het Akkoord en Ontwerp-1938 — 57
Reactie van Kerkherstel, Reactie van vrijzinnigen, Het Akkoord tussen Kerkopbouw en Kerkherstel (1936), Inhoud van het Akkoord, Tweeërlei volkskerkbegrip, Ontwerp-1938, Bespreking en behandeling van Ontwerp-1938, Reactie van de Gereformeerde Bond, Reorganisatie in impasse, Het lijntje breekt uiteindelijk niet, De schuldvraag
1.3.5. Enkele concluderende notities in internationaal perspectief— 68
Karl Barth en de Duitse kerkstrijd, Invloed van wereldzendingsconfe­ren­ties

1.4. Kristallisatie en kerkvernieuwende ontwikkelingen gedurende de Tweede Wereldoorlog — 71

1.4.1. Kraemer en de Commissie voor Kerkelijk Overleg — 71
Indië, De synode benoemt een brede kerkelijke vergadering, Kerkelijk Overleg, Noordmans en Kraemer, Geestelijke oorlogstijd, Opdracht van de kerk, Militia Christi, Werkgroepen en raden
1.4.2. Gemeenteopbouw: representatie van kerkvernieuwing — 78
Eerste opdracht, Basis, ‘Wij geloven en belijden’, Gedelegeerden, Kritiek
1.4.3 Benoeming en opdracht van de Commissie voor beginselen van Kerkorde (1942), Opdracht — 83

 

II. De Commissie voor Beginselen van Kerkorde (1942-1944) — 87

2.1. Aanvang van het commissiewerk — 88

2.1.1. Scholtens voorstel voor een kerkvertegenwoordigend lichaam — 88
2.1.1.1. Aanleiding tot reorganisatie — 88
2.1.1.2. Concreet reorganisatievoorstel, Classicale Vergaderingen — 90
2.1.1.3. Uitgangspunten van Scholten — 91
Kerkbegrip, Belijdende kerk, Vergelijking met de reorganisatiestrijd 1929-1939, Scholten over kerkelijk recht, Scholtens visie op de verhouding kerk en staat en het Nederlandse volk
2.1.2. Reactie van de commissieleden — 94
Bakhuizen van den Brink, Kerkbegrip, Kerkrecht, Berkelbach van der Sprenkel, Emmen, Gravemeyer, Van Ruler, Severijn, De Vos, Wagenaar

|9|

2.1.3. Impasse en doorbraak in het commissiewerk — 110
Bakhuizen van den Brink bedankt, Nota ‘Kerk en Kerkorde’ van Wagenaar van 1 oktober 1943

2.2. Beginselen en uitgangspunten — 115

2.2.1. Bezwaren tegen de reglementenbundel van 1816 — 116
2.2.2. Kerkelijk Overleg en Gemeenteopbouw — 117
Invloed, Bezwaar, Eerst reorganisatie of eerst waarheid?
2.2.3. Belijdende kerk — 120
Spanning, belijdenis, belijdenisgeschriften en tucht
2.2.4. Presbyteriale beginselen — 124

2.3. De Werkorde (1944) — 125

2.3.1. Aard van de Werkorde
Reglementaire basis, Tijdelijk karakter
2.3.2. Structurele elementen in de Werkorde — 127
2.3.2.1. Generale Synode — 127
Synodale karakter, Verhouding kerk tot synode
2.3.2.2. Classicale afvaardiging — 129
Kerkvertegenwoordigend element, Centrale plaats voor de plaatselijke gemeente, Ambtelijke karakter van de afgevaardigden, Aantal synodeleden, Afgevaardigden zonder lastbrief en ruggespraak en afschaffing van het vetorecht
2.3.2.3. Adviseurs van de Generale Synode — 134
Bezwaar
2.3.2.4. De Algemene Synodale Commissie — 136
2.3.2.5. Van de organen van bijstand — 137
2.3.3. Norm voor en taak van de Generale Synode — 138
Taak van de Generale Synode, Kerkorde voorbereiden en maken, Getuigen tegenover overheid en volk, Leidinggeven, Eenheid van de christenheid

2.4. Invoering van de Werkorde — 142

2.5. Conclusie — 145

Visie op kerk en ambt, Beginselen van kerkrecht, Centraliserende tendensen in de Werkorde

 

III. Het bouwplan van Wagenaar (1944-1945) — 153

3.1. Taak, vooronderstellingen en uitgangspunten van de kerkorde — 154

3.1.1. Bewerktuiging geven voor het functionele kerkelijke leven — 154

|10|

3.1.2. De kerkorde laat zoveel mogelijk vrij — 155
3.1.3. Visie op de kerkleden: bereid het goede te doen — 156
3.1.4. Nieuwe opzet van het Bouwplan — 156
Het Bouwplan in vergelijking met vroegere kerkorden

3.2. Visie op de inhoud van het kerkelijke leven — 159

3.2.1. Het nieuw ontplooide kerkelijke leven — 159
3.2.2. Zending — 160
Kerstening, Structuur
3.2.3. Zorg voor jeugd en volk: kerstening — 162
Catechese
3.2.4. Oecumene: verband met andere kerken — 164
3.2.5. Opzicht — 165
Visitatie, Kerkvisitatie als voortzetting van Gemeenteopbouw, Opzicht over geestelijke zaken
3.2.6. Bestuur en beheer — 167
3.2.7. Overige zaken: belijdenis, eredienst en de opleiding tot Dienaar des Woords — 168
Belijdenis, Vroegere belijdenisgeschriften, Eredienst, Opleiding tot dienaar des Woords

3.3 Structuur van de kerk in het Bouwplan — 171

3.3.1. De landelijke kerk en plaatselijke gemeente — 171
3.3.1.1. De Nederlandse Hervormde Kerk, een plaatsbepaling — 171
Betrekking op het kerkrecht, Confessie in de kerkorde
3.3.1.2. Van de gemeenten — 173
3.3.2. Ambten en medewerkers — 173
Regering, Christocratie, Aantal ambten, Ambt van de dienaren des Woords, Ambt van de presbyters, Ambt van de quaestoren, Ambt van de diakenen, Ambt van de doctoren
3.3.2.2. Medewerkers: geen uitgewerkt geheel van bedieningen — 179
De vrouw
3.3.3. Ambtelijke vergaderingen en organen van bijstand — 180
Vier ambtelijke vergaderingen, Gecommitteerden: handhaven van besturen, Organen, raden en deputaten, Evaluatie

 

IV. De Commissie voor de Kerkorde (1945-1947) — 189

4.1. Uitgangspunten en leidende motieven — 190

4.1.1. Uitgangspunten — 190
4.1.1.1. De leden en de algemene werkwijze van de commissie — 190
4.1.1.2. Het Bouwplan als uitgangspunt — 191
4.1.1.3. Kerkorde en ordinanties — 192

|11|

4.1.1.4. Kerkorde en belijdenis — 193
4.1.1.5. Kerkorde en de Heilige Geest — 197
4.1.2. Missionerende kerk; zending en zuivering — 198
4.1.2.1. Volgorde van de artikelen — 199
4.1.2.2. Christus-belijdende geloofsgemeenschap — 200
4.1.2.3. Van zending tot apostolaat; verandering in het zendingsbegrip — 201
4.1.2.4. Accent op de cultuurgestalte; invloed van Van Ruler — 202
4.1.2.5. Israël, een speciale plaats onder de volken — 204
Kerkorde
4.1.3. Visitatie, opzicht en tucht — 205
4.1.3.1. Kerkvisitatie — 206
4.1.3.2. Opzicht — 207
4.1.3.3. Tucht — 208
4.1.3.4. Vrijzinnigen en de leertucht; De Vos en Boonstra — 210
4.1.4. Oecumene en hereniging van kerken — 211
4.1.4.1. Een bijzondere plaats voor de Gereformeerde Kerken in Nederland — 212
4.1.4.2. Overleg met andere kerken — 213
4.1.4.3. Historische ontmoeting met afgevaardigden vanwege de Gereformeerde Kerken — 214

4.2. Algemene kerk en plaatselijke gemeente — 215

4.2.1. Ecclesiologie in Ontwerp-1947 — 215
4.2.1.1. Zichtbare en onzichtbare kerk — 216
4.2.1.2. Kerk als Lichaam van Christus en Christus als haar Hoofd — 217
4.2.1.3. Wezen en dienst van de kerk; Haitjema versus Van Ruler — 218
4.2.1.4. Confessie en kerkrecht — 219
4.2.2. De algemene kerk (Artikel I) — 220
4.2.2.1. Volkskerk — 221
4.2.2.2. Eenheid van de algemene kerk — 222
4.2.2.3. Severijn en het nationale karakter van de kerk — 223
4.2.2.4. De Nederlandse Hervormde Kerk omvat al de Hervormde gemeenten — 225
4.2.3. Plaatselijke gemeente als kern van de kerk (Artikel II) — 226
4.2.3.1. Tweezijdig kerkbegrip: Kerk des Woords en communio fidelium — 227
4.2.3.2. Notae ecclesiae en het leven van de gemeente — 229
4.2.3.3. De leden van de gemeente — 230
4.2.3.4. Decentralisatie van de plaatselijke gemeente — 231

|12|

4.2.4. Evaluatie, het kerkbegrip in het geheel van de kerkstructuur — 233
Artikelen I en II als missionair visitekaartje van de kerk
Het kerkbegrip in het geheel van de structuur

4.3. Ambten en bedieningen — 235

4.3.1. Overwegingen bij ambten en bedieningen (art. IV en VII) — 235
4.3.1.1. Het aantal ambten — 236
Het drievoudige ambt van Christus — 236
Geen extra ambt voor de quaestor — 237
Geen extra ambt voor de zendeling
Geen extra ambt voor de doctor — 240
4.3.1.2. Wortels van het ambt — 242
Dienen en regeren, De christocratie, Schrift en belijdenis — 242
4.3.2. Differentiaties in de ambten — 247
4.3.2.1. Differentiatie in het ambt van de dienaren des Woords — 247
Predikant in algemene dienst
4.3.2.2. De ouderlingen-kerkvoogd en de invloed van Vixseboxse — 249
Zelfstandigheid
4.3.2.3. Het ambt van de diakenen — 251
4.3.2.4. Geen openstelling van het ambt voor de vrouw — 253
4.3.2.5. De gemeente en de verkiezing van de ambtsdragers — 255
4.3.3. De bedieningen (art. VII) — 255
4.3.4. Conclusie — 258

4.4. Ambtelijke vergaderingen en organen van bijstand — 259

4.4.1. Ambtelijke vergaderingen (art. V) — 260
Kerkbegrip, Vier ambtelijke vergaderingen, Moderamen, Taakafbakening, Werkgemeenschappen
4.4.2. Organen van bijstand (art. VI) — 267
Apostolaire uitbouw, Adviseurs, Verschillende visies, Noordmans en de kerkorde, Evaluatie

4.5. Ondertekening en aanbieding van Ontwerp-1947 aan de Generale Synode — 274

4.5.1. Ondertekening van Ontwerp-1947 — 274
4.5.2. Aanbieding van Ontwerp-1947 aan de Generale Synode — 278
4.5.3. Vaststelling en invoering van de Kerkorde van 1951 — 279

 

V. Slotbeschouwing — 281

|13|

Tenslotte — 291

Summary — 295

Litteratuur — 309

Register van persoonsnamen — 313

Curriculum vitae — 317