Gelijk het ambt der christelijke overheden is de heilige kerkendienst in alle manieren te bevorderen, deze met hun exempel de onderdanen te recommanderen en de predikanten, ouderlingen en diakenen in alle voorvallende nood de hand te bieden en bij hun goede ordening te beschermen, alzo zijn alle predikanten, ouderlingen en diakenen schuldig de ganse gemeente vlijtig en oprecht in te scherpen de gehoorzaamheid, liefde en eerbiediging die zij de magistraten schuldig zijn; en zullen alle kerkelijke personen met hun goed exempel in dezen de gemeente voorgaan en door behoorlijk respect en correspondentie de gunst der overheden tot de kerken zoeken te verwekken en te behouden, teneinde, een ieder het zijne in des Heeren vreze aan weerszijden doende, alle achterdenken en wantrouwen mag worden voorkomen en goede eendracht tot der kerken welstand onderhouden.