Wanneer het gheschiedt dat een ghetrouwe Dienaer door ouderdom ofte cranckheijt ghebroken zijnde, zijn ampt niet langher bedienen can, soo sal het der Ghemeijnte toe staen te besorghen, dat hem ex bonis publicis soo veel toegheleijt werde, daerop hij de reste zijns levens eerlick ende bequamelick door comen moghe: Dat oock de weduwen ende weesen der Dienaren niet vergheten werden.