Artikel 20.
Regionale colleges
Tenzij in de orde van de kerk anders is aangegeven, worden de
leden van de regionale colleges benoemd door de algemene
classicale vergadering uit de leden van de kerk. Zij worden
benoemd voor de tijd van vier jaar en kunnen eenmaal voor een
aansluitende periode van vier jaar worden herbenoemd.
De algemene classicale vergadering wijst de voorzitter van een
regionaal college aan.
Elk regionaal college brengt perodiek verslag van zijn
werkzaamheden uit aan de algemene classicale vergadering.