Artikel 12a.
Vrijstelling van werkzaamheden
Indien in een gemeente spanningen optreden in verband met
ontwikkelingen in de gemeente of het functioneren van een of meer
leden van de kerkenraad niet zijnde de predikant kan het breed
moderamen van de classicale vergadering bepalen dat de
betreffende ambtsdrager(s) zich gedurende enige tijd geheel of
gedeeltelijk hebben te onthouden van ambtswerkzaamheden.
Een besluit daartoe kan eerst worden genomen na overleg met de
kerkenraad en de betreffende ambtsdragers en met het regionale
collge voor de visitatie en, in geval van ambtsdragers die
verbonden zijn aan een evangelisch-lutherse gemeente, in overleg
met de evangelisch-lutherse synodale commissie.1
1 Aanvulling kerkorde, ordinantie 4-12a, besluit generale synode d.d. 23 september 2011, ingegaan 1 januari 2013.