Artikel 8.
Werkwijze
De kerkenraad stelt telkens voor een periode van vier jaar een
beleidsplan op, na daarover overleg gepleegd te hebben met het
college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en met
alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente.
Elk jaar pleegt de kerkenraad met dezelfde colleges en organen
overleg over eventuele wijziging van het beleidsplan.
Nadat de kerkenraad het beleidsplan of een wijziging daarvan
voorlopig heeft vastgesteld, wordt dit in de gemeente
gepubliceerd. De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de
gelegenheid hun mening over het beleidsplan of de wijziging
kenbaar te maken. Daarna stelt de kerkenraad het beleidsplan of
de wijziging vast.