|8|
a. De Hervormde kerk in Nederland heeft zich allengs
zelfstandig gevestigd, onafhankelijk van den Staat.
b. Die vestiging is geschied onder telkens meer
overwegenden Kalvinistischen invloed.
c. Ten gevolge daarvan is het Presbyteriaal-Synodaal
stelsel van kerkbestuur alhier inheemsch geworden.
d. De nadere regeling echter is grootelijks
bemoeijelijkt door den onafgebroken’ strijd van den Staat met de
Kerk over de suprematie.
|9|
a. Ofschoon de kerkorde, te Dordrecht in 1618 en 1619
ontworpen, niet algemeen is ingevoerd, zoo is toch de organisatie
der kerk in haren geest allengs tot stand gekomen in de
onderscheidene gewesten des lands.
b. Die organisatie had in menig opzigt hare goede zijde,
maar was en bleef toch ook in menig ander opzigt hoogst
gebrekkig.
c. Tot heerschende of Staatskerk verheven, genoot de
Hervormde kerk in Nederland groote voorregten, maar zij ondervond
daarvan ook niet geringe nadeelen.
d. De vroegere strijd tusschen Staats- en Kerkgezag
bleef gedurende dit tijdvak voortduren en veroorzaakte vele
botsingen.
a. Ten gevolge van de staatsomwenteling van 1795 hield
de Nederlandsche Hervormde kerk op Staatskerk te zijn en werd zij
met de overige kerkgenootschappen gelijkgesteld.
b. De oude banden, daardoor op eens losgescheurd, werden
echter allengs weder aangeknoopt, en het kerkbestuur bleef
inmiddels voortbestaan, grootendeels op den ouden voet.
c. Eene en andere poging tot organisatie der kerk
|10|
vruchteloos beproefd zijnde, deed zich de behoefte aan meer doortastende maatregelen tot regeling harer belangen telkens levendiger gevoelen.
a. Onder medewerking eener consulerende commissie, uit
kerkelijken bestaande, ging de nieuwe organisatie der
Nederlandsche Hervormde kerk van den Staat uit en kwam niet
zonder tegenspraak tot stand.
b. Haar karakter, beoordeeld naar de beginselen, die
haar beheerschen, hoeveel lofwaardigs daarin ook te prijzen zij,
is niet boven vele en gewigtige bedenkingen verheven.
c. Ofschoon hare werking, jaren achteréén, gunstig mag
genoemd worden, zijn toch hare leemten en gebreken allengs
duidelijker aan het licht getreden, totdat de wensch naar
herziening zich allerwege hooren deed.
a. De herziening der kerkelijke organisatie, langzaam
voorbereid, werd wel door toevallige omstandigheden bespoedigd,
maar kwam toch eerst den 23sten Maart 1852 tot stand,
toen het herzien Algemeen Reglement door Z.M. den Koning, onder
eenige reserven, met goedkeuring bekrachtigd was.
b. Ofschoon door die herziening van het Algemeen
Reglement geene nieuwe organisatie der kerk tot stand gekomen is,
zijn toch de veranderingen, die zij daardoor ondergaan heeft,
hoogst belangrijk.
—