Hoofdstuk 4
Artikel 123
Zij die de eer en de naam van een dienaar des Woords behouden hebben en die als lid behoren tot een andere gemeente dan die waaraan zij nog verbonden zijn ten aanzien van hun ambtelijke positie, zijn onderworpen aan het vermaan en de tucht van de kerkeraden der beide gemeenten, die in voorkomende gevallen zich met elkander zullen verstaan om tot een eenparige beslissing te komen.