Artikel 9.
Betrokkenheid van het regionale college voor de behandeling van beheerszaken in bijzondere situaties
In die gevallen waarin de begrotingen en de jaarrekeningen niet
zijn ingezonden of wanneer het overleg als bedoeld in artikel 8-2
niet heeft geleid tot het vaststellen van een — naar het oordeel
van het regionale college voor de behandeling van beheerszaken —
verantwoorde begroting of jaarrekening van de gemeente of van de
diaconie, kan het regionale college — onder met redenen omklede
mededeling daarvan aan de kerkenraad — besluiten dat het college
van kerkrentmeesters of het college van diakenen eerst na
voorafgaande toestemming van het regionale college bevoegd is
tot:
− het aangaan van rechtshandelingen betreffende het kopen,
verkopen, verhuren, verpachten, of op andere wijze vervreemden en
bezwaren van onroerende zaken en geldwaardige papieren, alsmede
het bouwen, verbouwen, uitbreiden, restaureren of afbreken van
een gebouw of een orgel;
− het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde
tijd;
− het verstrekken of aangaan van geldleningen en het stellen van
persoonlijke zekerheid ten behoeve van derden voorzover daarin
niet bij vastgestelde begroting is voorzien;
− het aangaan van verplichtingen waarin niet bij vastgestelde
begroting is voorzien;
− het aanvaarden van erfstellingen, legaten en schenkingen onder
last of voorwaarde;
− het voeren van processen voor de overheidsrechter en het
aangaan van overeenkomsten om geschillen op een andere wijze tot
een oplossing te brengen.1
1 Wijziging kerkorde, ordinantie 11-9-1, besluit generale synode d.d. 20 april 2012, ingegaan 1 januari 2013.