|283|

Personalia

 

Prof. dr. A. Angenendt (1934), r.k., hoogleraar middeleeuwse kerkgeschiedenis aan de Katholieke Faculteit van de Universiteit van Münster. Hij publiceerde o.m. Kaiserschaft und Königstaufe. Kaiser, Könige und Päpste als geistliche Patrone und der abendländischen Missionsgeschichte (Arbeiten zur Frühmittelalterforschung 15), Berlin/New York 1984 en Das Frühmittelalter. Die abendländische Christenheit von 400 bis 900, Stuttgart 1990.

Prof. dr. M.E. Brinkman (1950), geref., universitair hoofddocent aan het IIMO en houder van de Adrianus VI leerstoel voor oecumenisme aan de Katholieke Universiteit te Leuven. Zijn meest recente publicaties zijn Progress in Unity? Fifty Years of Theology within the World Council of Churches: 1945-1995 — A Study Guide (Louvain Theological & Pastoral Monographs 18), Louvain-Grand Rapids 1995, en Justification in Ecumenical Dialogue. Central Aspects of Christian Soteriology in Debate (IIMO Research Publication 45), Zoetermeer 1996.

Prof. dr. M. den Dulk (1941), n.h., kerkelijk hoogleraar praktische theologie aan de Universiteit van Leiden. Hij publiceerde o.m. Als twee die spreken. Een manier om de heiligingsleer van Karl Barth te lezen, ’s-Gravenhage 1987 en Tocht door de Tora. Zes notities bij de boeken van Mozes, Zoetermeer 1995.

Dr. A.H.C. van Eijk (1936), r.k., universitair docent systematische theologie aan de Theologische Universiteit Utrecht, voorzitter van de Willibrordvereniging en hoofdredacteur van het Belgisch-Nederlandse theologische tijdschrift Bijdragen. In dit tijdschrift en in tal van andere wetenschappelijke tijdschriften en bundels publiceerde hij artikelen over de relatie kerk-sacrament-ambt. Hij vertaalde het essay Dieu différent van Christian Duquoc (Parijs, 1977): God anders: de betekenis van de Drieëenheid, Hilversum 1980 en was met H.W.M. Rikhof redacteur van De lengte en de breedte, de hoogte en de diepte: peilingen in de theologie van de sacramenten, Zoetermeer 1996.

Drs. M. Gosker (1945), geref., predikante te Amstelveen (SoW.). Haar doctoraal-scriptie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam werd later

|284|

uitgegeven als Het kerkelijk ambt in het Limadocument. Een hermeneutische doorlichting en een kritische evaluatie van de Lima-Ambtstekst (IIMO Research Publication 29), Voorburg 1990. Ze werkt thans aan een dissertatie over hetzelfde onderwerp. Zij maakt deel uit van de hoofdredactie van het Centraal Weekblad.

Prof. dr. M. Hauser (1949), reformiert, gasthoogleraar aan het instituut voor oecumenische studies aan de universiteit van Freiburg (Zwitserland) en tevens aan de universiteit van Bucuresti (Roemenië). Hij publiceerde o.m. Prophet und Bischof. Huldrych Zwinglis Amtsverständnis im Rahmen der Zürcher Reformation (Ökumenische Beihefte 21), Freiburg 1994 en M. Hauser (Hrsg.), Unsichtbare oder sichtbare Kirche? Beiträge zur Ekklesiologie (Ökumenische Beihefte 20), Freiburg 1992.

Prof. dr. S.E. Hof (1932), evang-luth., kerkelijk hoogleraar praktische theologie, bijbelse theologie en ethiek aan de Universiteit van Amsterdam. Hij publiceerde o.m. Populus Christianus: kerkstructuren volgens Leo de Grote, Enkhuizen 1970 en Geweld en bevrijding, ’s-Gravenhage 1986.

Prof. dr. A.W.J. Houtepen (1940), r.k., directeur IIMO en hoogleraar oecumenica aan de Universiteit Utrecht. Hij publiceerde o.m. Een asymmetrische dialoog. Historische kanttekeningen bij de onderlinge erkenning van ambten (Utrechtse Theologische Reeks 22), Utrecht 1994 en God — een open vraag. Theologische perspectieven in een cultuur van agnosme, Zoetermeer 1997 en samen met Th. Witvliet en L.A. Hoedemaker, Oecumene als leerproces. Inleiding in de Oecumenica, Zoetermeer 19952.

Prof. dr. F.G. Immink (1951), n.h., kerkelijk hoogleraar praktische theologie aan de Universiteit Utrecht. Hij publiceerde o.m. Divine Simplicity, Kampen 1987.

Prof. dr. L.J. Koffeman (1948), geref., hoogleraar kerkrecht aan de Theologische Universiteit te Kampen en secretaris oecumene van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Hij publiceerde o.m. Kerk als sacramentum. De rol van de sacramentele ecclesiologie tijdens Vaticanum II, Kampen 1986 en Gestalte en gehalte. Oecumenisch-theologische en kerkrechtelijke implicaties van het visitekaartje van de VPKN (Kamper Oraties 3), Kampen 1994.

|285|

Ds. J. Kronenburg (1936), n.h., predikant te Leeuwarden, voordien predikant van de Domkerk te Utrecht, waarover hij o.a. publiceerde met A. Graafhuis: In en om de Domkerk, Utrecht, 1988.

Drs. A.H. Looman-Graaskamp (1946), n.h., studeerde theologie aan de Universiteit Utrecht en behaalde haar licentiaat canoniek recht aan de Katholieke Universiteit Leuven. Zij doceert kerkrecht aan de Universiteit Utrecht en werkt aan een dissertatie bij de Bijzondere faculteit Kerkelijk Recht te Leuven.

Drs. M. Nijkamp (1930), vrij-evang., oud-rector van het seminarie v.d. Bond van Vrije Evangelische Gemeenten in Nederland. Hij publiceerde o.m. De kerk op orde. Congregationalisme: De derde weg in de kerk van de toekomst, ’s-Gravenhage 1991.

Prof. dr. F. van der Pol (1950), geref. (vrijgem.), hoogleraar kerkgeschiedenis tot 1650 en symboliek aan de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) te Kampen. Hij publiceerde o.m. De Reformatie te Kampen in de zestiende eeuw, Kampen 1990.

Dr. H.A. Speelman (1953), geref. predikant te Vorden. Studeerde theologie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, alwaar hij in 1994 promoveerde op een dissertatie over Calvijn en de zelfstandigheid van de kerk, Kampen 1994. Nadien publiceerde hij De vaderlandse kerk. ‘Samen op Weg’ en het kerkbegrip van Calvijn, Kampen 1995.