Ordinantie 4 De ambtelijke vergaderingen

 

V. De generale synode

Artikel 28.

De organen van bijstand

De leden van de organen van bijstand worden benoemd door de generale synode uit de leden van de kerk voor de tijd van vier jaar en kunnen eenmaal voor een aansluitende periode worden herbenoemd.
Elk orgaan van bijstand legt periodiek in een rapport verantwoording af van zijn werkzaamheden aan de generale synode.
De generale synode wijst de voorzitter en de secretaris van het orgaan van bijstand aan.
De organen van bijstand werken onder verantwoordelijkheid van en in verantwoording aan de generale synode.