Artikel 5.
Verhuizing en overschrijving
a. Als lid van een gemeente kunnen — op hun schriftelijk en
gemotiveerd verzoek en met instemming van de kerkenraden van de
betrokken gemeenten — in het register van een gemeente ook worden
ingeschreven de in artikel 2-2 bedoelde leden van de kerk die hun
vaste woonplaats hebben in een andere tot de kerk behorende
gemeente.
Voor de gedoopte en niet-gedoopte kinderen beneden de leeftijd
van 18 jaar wordt het verzoek tot inschrijving in een andere
gemeente dan de woongemeente ingediend door de ouders of
verzorgers.
b. Weigert een van de betrokken kerkenraden de gevraagde
instemming, dan kunnen betrokkenen een beslissing ter zake vragen
aan het breed moderamen van de classicale vergadering van de
classis, waartoe de gemeente waarbinnen zij hun vaste woonplaats
hebben, behoort.
Alvorens een beslissing te nemen, hoort dit breed moderamen —
indien de gemeente waarbij de inschrijving wordt verzocht, tot
een andere classis behoort — het breed moderamen van de
classicale vergadering van die andere classis.