Hoofdstuk IV
De dienaren des Woords en ouderlingen zullen hun herderlijke zorg uitstrekken tot alle leden van de gemeente, door hen en in het bijzonder de zieken en bejaarden, die verhinderd zijn de kerkdiensten bij te wonen, en ook de afdwalenden, trouw te bezoeken; door hen op te wekken tot een leven in het geloof en hen in tegenspoed te troosten; en door hen te waarschuwen tegen valse leringen en dwalingen evenals tegen alle wereldse wandel en goddeloze praktijken.