Artikel 18.
Gemeenten in bijzondere missionaire, diaconale en pastorale omstandigheden in grootstedelijke gebieden
Het breed moderamen van de classicale vergadering is bevoegd ten
behoeve van het werk van een (wijk)gemeente of van een
(wijk)gemeente van bijzondere aard, gelegen in een grootstedelijk
gebied, die naar het oordeel van de door de generale synode
daartoe aangewezen organen van de kerk in bijzondere missionaire,
diaconale en pastorale omstandigheden verkeert, in het kader van
een op die bijzondere omstandigheden gericht beleid — het
regionale college voor de visitatie gehoord — voorzieningen te
treffen, als daar zijn:
a. het verlenen van een of meer in overleg met de betrokken
gemeente daartoe aangewezen ouderlingen of diakenen van de
bevoegdheid om in deze (wijk)gemeente bij ontstentenis van de
predikant ambtswerkzaamheden van een predikant te verrichten,
waaronder het voorgaan in de kerkdiensten en de bediening van de
sacramenten, een en ander onder supervisie van een daartoe
aangewezen predikant;
b. andere maatregelen die de betrokken organen van de kerk
wenselijk dan wel noodzakelijk achten.1
1 Wijziging kerkorde, ordinantie 2-18, besluit generale synode d.d. 23 september 2011, ingegaan 1 januari 2013.