Artikel 11.
Algemeen
Elke gemeente heeft haar door de kerk vastgestelde grenzen en
wordt aangeduid als respectievelijk de Protestantse gemeente te
...., de Hervormde gemeente te ...., de Gereformeerde kerk te
...., de Evangelisch-Lutherse gemeente te ....,
waar nodig met een bijzondere aanduiding om haar kerkordelijk,
postaal en in het rechtsverkeer te onderscheiden van de andere
plaatselijke gemeente(n).