Artikel 6a.
Bijzondere leerstoelen
Een bijzonder hoogleraar wordt benoemd door de instelling met
wier medewerking de bijzondere leerstoel is gevestigd nadat de
instelling daarover overeenstemming heeft bereikt met het college
van bestuur. Het college stemt niet in, voordat het voor de
benoeming goedkeuring van de raad van toezicht voor de
Protestantse Theologische Universiteit en van het moderamen van
de generale synode heeft verkregen.
Het moderamen beslist zo spoedig mogelijk op dit verzoek om
goedkeuring, met verantwoording achteraf aan de kleine
synode.1
1 Aanvulling kerkorde, ordinantie 13-6a, besluit generale synode, d.d. 9 november 2012, ingegaan 1 januari 2013.