Deel II: Bijzondere overgangsbepalingen

 

Ordinantie 2

Waar overeenkomstig het bepaalde in ord. 2-10a-8 HKO de buitengewone wijkgemeente voor wat betreft de verzorging van de stoffelijke belangen op 30 april 2004 gelijk is gesteld met een niet in wijkgemeenten ingedeelde gemeente,
- heeft de wijkgemeente van bijzondere aard, in afwijking van het bepaalde in ord. 11-5-1, rechtspersoonlijkheid,
- heeft deze wijkgemeente een eigen college van kerkrentmeesters,
- wordt deze wijkgemeente in vermogensrechtelijke aangelegenheden van niet-diaconale aard vertegenwoordigd door de voorzitter en de secretaris van het college van kerkrentmeesters dan wel hun plaatsvervanger(s),
en blijft de regeling voor de vaststelling en betaling van het aandeel van deze wijkgemeente in de algemene kosten van de in wijkgemeenten ingedeelde gemeente van kracht, behoudens latere wijziging door de algemene kerkenraad in overleg met de kerkenraad van deze wijkgemeente.