Hoofdstuk 2
De vergaderingen van de kerk
I. Algemene bepalingen
bij Artikel
33
De kerkelijke vergaderingen kunnen een broeder in diens afwijkend gevoelen dragen, evenwel op deze voorwaarden:
a. dat dit gevoelen geen fundamenteel punt der waarheid raakt;
b. dat deze broeder dit gevoelen niet propageert en bereid is zich door de kerk te laten onderwijzen.
Utrecht 1946, art. 220