Sal oock de Classis eenighe harer Dienaren / ten minsten twee van de outste / ervarenst / ende geschichtste authorisern / om in alle Kerckê / vande steden soo wel als van het platte lant / alle jaer visitatie te doen / ende toe te sien / oft de Leeraers Kercken-raden ende School-meesters haer ampt trouwelijck waernemen / by de zuyverheyt der leere verblyven / d’aengenomene ordre in alles onderhouden / ende de stichtinge der Gemeente / mitsgaders der jongher jeught / na behooren / soo veel haer moghelijck is / met woorden ende wercken bevorderen: ten eynde sy de ghene die nalatigh in d’een oft d’ander bevonden worden / in tijdts moghen broederlijck vermanen / ende met raedt ende daedt alles tot vrede / opbouwinghe / ende t’meeste profijt der Kercken / ende Schoolen helpen dirigeren. Ende sal yeder Classis deze Visitatoren mogen continueren in hare bedieninghe / soo langhe het haer sal goet duncken / ten ware dat de Visitatores selve om redenen / vande welcke de Classis oordeelen sal / versochten ontslagen te werden.