Ordinantie 3 Het ambt en de andere diensten

 

IV. De rechtspositie van de predikanten en de kerkelijke medewerkers

De predikanten

Predikanten voor gewone werkzaamheden

Artikel 20.

Ontheffing van werkzaamheden

Is het generale college van oordeel dat de predikant de gemeente niet langer met stichting kan dienen, dan bepaalt het een termijn van ten minste drie en ten hoogste twaalf maanden binnen welke de predikant de gelegenheid heeft zich door het aanvaarden van een beroep of door een verzoek om ontheffing van het ambt naar dit oordeel te voegen. Gedurende deze periode blijft de predikant aan de gemeente verbonden.