[Cap. I.] De Collegiis ac Prouinciarum Classibus.

= De colleges en de classes van de provincies.

Sin autem eiusmodi Synodus vel rerum vel temporum difficultate iniri omnino non poterit, tum censemus ex praecipuis quibusque prouinciarum ecclesiis praestantissimos aliquot viros fore deligendos, qui tum distribuendarum Classium tum Collegii instituendi, coeterorumque difficilium negociorum explicandorum, ac totius denique ecclesiae constituendae rationem quam optimam, primum quidem pro se singuli, aut si videbitur bini, aut terni quique perscribant: deinde vero in commune conferant, et certam aliquam ex omnibus formulam concipiant, quae singularum atque omnium ecclesiarum calculo vel approbetur, vel si quid erit correctione dignum, communi consensu corrigatur, ac in meliorem formam reducatur.

= Mocht echter zo’n synode onder de huidige moeilijke omstandigheden niet gehouden kunnen worden, dan zijn wij van mening dat uit de voornaamste kerken van de provincies een aantal uitmuntende mannen gekozen moet worden, die voor de indeling in classes en de oprichting van een college, en voor de oplossing van andere moeilijke zaken, kortom voor de inrichting van de hele kerk de best mogelijke regeling opstellen; dat kunnen ze eerst voor zich alleen of met zijn tweeën of drieën doen, maar daarna moeten ze gemeenschappelijk overleggen en uit al die [concepten] een formulering ontwerpen die of door de stem van iedere kerk afzonderlijk en van alle kerken samen zal worden goedgekeurd, of, als iets verbetering behoefde, met eenparige instemming verbeterd en in een betere vorm gebracht zal worden.